Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
insgelijks. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
insgelijks, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
insgelijks in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
insgelijks is hier. De definitie van het woord
insgelijks zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
insgelijks, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- In de betekenis van ‘bijwoord van hoedanigheid: evenzo’ voor het eerst aangetroffen in 1485 [1]
- samenstelling van in en gelijk met het invoegsel -s- met het achtervoegsel -s [2]
insgelijks
- eveneens, hetzelfde, evenzo
- Ik wens je insgelijks een gezegend kerstfeest.
insgelijks
- gewoonlijk na een wens of groet: hetzelfde
- Vrolijk kerstfeest! Insgelijks!
90 % |
van de Nederlanders;
|
96 % |
van de Vlamingen.[3]
|