kerkklok

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord kerkklok. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord kerkklok, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je kerkklok in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord kerkklok is hier. De definitie van het woord kerkklok zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vankerkklok, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • kerk·klok
enkelvoud meervoud
naamwoord kerkklok kerkklokken
verkleinwoord kerkklokje kerkklokjes

de kerkklokv / m

  1. (religie) een bel in de toren van een kerk
    • Je kan de kerkklok zelfs hier helemaal horen. 
     Op zondagochtend fietste ik richting onbekende kerkklokken om te zien of de gemeente en de sfeer daar iets voor mij was.[1]
99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]
  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be