knutselen

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord knutselen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord knutselen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je knutselen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord knutselen is hier. De definitie van het woord knutselen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanknutselen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • knut·se·len
  • In de betekenis van ‘fabrieken’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1785 [1]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
knutselen
knutselde
geknutseld
zwak -d volledig

knutselen

  1. inergatief zelf voorwerpen uit liefhebberij vervaardigen met gebruik van gereedschap als hamer, zaag en schaaf
    • Hij knutselde graag in zijn vrije tijd. 
  2. inergatief met weinig hulpmiddelen construeren
    • Zij moest erg knutselen om dat kleine stukje hout op de goede plaats te krijgen. 
     Thuis had ik een systeem in elkaar geknutseld met klittenband die de paraplu aan mijn rugzak bevestigde, waardoor ik mijn handen vrijhield voor mijn wandelstokken.[2]
99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[3]