mesurer

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord mesurer. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord mesurer, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je mesurer in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord mesurer is hier. De definitie van het woord mesurer zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanmesurer, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Frans

Uitspraak
Woordafbreking
  • me·su·rer
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
mesurer
mesurais
mesuré
eerste groep volledig

Werkwoord

mesurer

  1. overgankelijk meten
  2. overgankelijk inschatten
  3. overgankelijk afzetten tegen
    «Mesurer ses dépenses à son revenu, sur son revenu. »
    Zijn uitgaven tegen zijn inkomsten afzetten.
  4. overgankelijk matigen (van woorden, toon, of uitgaven)
  5. onovergankelijk meten, lang zijn
Verwante begrippen

Verwijzingen

  1. Bronlink Weblink bron mesurer in: Dictionnaire de l’Académie française, 9e édition (huidig) op dictionnaire-academie.fr