Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
neofiet. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
neofiet, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
neofiet in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
neofiet is hier. De definitie van het woord
neofiet zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
neofiet, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
de neofiet m
- nieuweling, beginneling
- Seedorf, Surinamer die zich op eigen kracht heeft ontpolderd. Stedeling geworden bij Ajax, werelds in Milaan en Madrid. Dat is hem hier kwalijk genomen. Hang naar prestige is in de polder een visioen dat straf verdient. Nou, straf heeft hij gekregen. Als hij weer eens voor Oranje mocht spelen, viel een vijandige kilte genadeloos over de middenvelder. Hij kon niets goed doen. De meest cynische bondscoach ooit, Van Basten, had er plezier in de wereldvedette te raspen, als was hij een neofiet. [1]
- Trainers zijn hun voetballeven geen drie dagen zeker in Afrika. In Nederland soms ook niet altijd als je ziet hoe AZ traineert met de contractverlenging van John van den Brom. Een neofiet kun je even laten bungelen, maar geen vijftiger met een conduitestaat tot het grote Anderlecht toe. AZ maakt er meer een politieke dan sportieve surplace van. [2]
- De 68-jarige Drahos, hoogleraar scheikunde en politiek neofiet, is de uitdager van president Milos Zeman (73) in de tweede ronde van de presidentsverkiezingen vrijdag en zaterdag. [3]
- (religie) iemand die pas sinds kort bekeerd is
- met de ijver van een neofiet
met het enthousiasme en de energie van een beginneling
34 % |
van de Nederlanders;
|
76 % |
van de Vlamingen.[4]
|