Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
onheil. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
onheil, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
onheil in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
onheil is hier. De definitie van het woord
onheil zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
onheil, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- Afgeleid van heil met het voorvoegsel on-
het onheil o
- grote tegenspoed
- De jongen voelde dat er onheil in de lucht hing, en maakte zich uit de voeten.
- ▸ Maar als ik onzeker was, bijvoorbeeld tijdens onweer of bij steile afdalingen, probeerde ik anderen op te zoeken om het onheil niet alleen tegemoet te hoeven treden.[1]
100 % |
van de Nederlanders;
|
96 % |
van de Vlamingen.[2]
|