opdeciemen

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord opdeciemen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord opdeciemen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je opdeciemen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord opdeciemen is hier. De definitie van het woord opdeciemen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanopdeciemen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • op·de·cie·men
enkelvoud meervoud
naamwoord - opdeciemen
verkleinwoord - -

de opdeciemenmv

  1. (juridisch) (België) aantal tienden waarmee een aan de staat te betalen bedrag wordt verhoogd
    Het gaat rekenkundig dus om een verhoging met een tien keer zo groot percentage.
    1. verhoging van boetes vanwege de geldontwaarding sinds de wettelijke vaststelling van dat bedrag
       Ingevolge de Wet van 26 juni 2000 betreffende de invoering van de euro moeten de bedragen van de geldboeten in het Strafwetboek vanaf 1 januari 2002 gelezen worden als bedragen in euro. Deze bedragen worden echter niet langer vermenigvuldigd met 200 (1990 opdeciemen), maar met 5 (40 opdeciemen). Een geldboete van 100 frank wordt dus vanaf 1 januari 2002 gelezen als een geldboete van € 100 x 5 = € 500 (in plaats van 100 frank x 200 = 20.000 frank).[1]
       We kwamen terug van vakantie en reden met 150 inderdaad royaal te hard. (…) Ik zou vanzelf bericht ontvangen. Dat klopte. Bij verstek veroordeeld tot 'een geldboete van 150 frank, verhoogd met 1.990 opdeciemen en gebracht op 30.000 frank of een vervangende gevangenisstraf van 45 dagen'.[2]
    2. verhoging van een bepaalde belasting voor een bepaald doel
       De "totale ontvangsten" omvatten alle ontvangsten geïnd door de federale overheid, met uitzondering van de opcentiemen en opdeciemen geïnd voor rekening van de lagere overheden (provincies en gemeenten).[3]
  1. Bronlink geraadpleegd op 10 augustus 2021 Weblink bron
    Christine Van den Wyngaert
    “Strafrecht, strafprocesrecht en internationaal strafrecht in hoofdlijnen.”, 6e druk (2006), Maklu, Antwerpen, ISBN 9789046600658, p. 370
  2. Bronlink geraadpleegd op 10 augustus 2021 Weblink bron
    Maarten de Kroon
    “Boete in België” (9 juli 1998) op nrc.nl op Wikipedia
  3. Bronlink geraadpleegd op 10 augustus 2021 Weblink bron Gearchiveerde versie “De ontvangsten geïnd door de Belgische federale overheid: enkele begrippen” op financien.belgium.be