passelijk

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord passelijk. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord passelijk, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je passelijk in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord passelijk is hier. De definitie van het woord passelijk zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanpasselijk, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pas·se·lijk
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van pas (stam van het werkwoord passen) met het achtervoegsel -lijk met het invoegsel -e-
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen passelijk passelijker passelijkst
verbogen passelijke passelijkere passelijkste
partitief passelijks passelijkers -

Bijvoeglijk naamwoord

passelijk

  1. redelijk, tamelijk
Antoniemen

Gangbaarheid

75 % van de Nederlanders;
71 % van de Vlamingen.

Verwijzingen