periodiek

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord periodiek. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord periodiek, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je periodiek in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord periodiek is hier. De definitie van het woord periodiek zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanperiodiek, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pe·ri·o·diek
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen periodiek periodieker periodiekst
verbogen periodieke periodiekere periodiekste
partitief periodieks periodiekers -

Bijvoeglijk naamwoord

periodiek

  1. periodisch, regelmatig terugkerend
Vertalingen
enkelvoud meervoud
naamwoord periodiek periodieken
verkleinwoord periodiekje periodiekjes

Zelfstandig naamwoord

de periodiek v of o

  1. een regelmatig verschijnend tijdschrift
    • Bij de kiosk verkoopt men allerlei periodieken. 
Hyponiemen
Vertalingen

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be