pijpensteel

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord pijpensteel. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord pijpensteel, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je pijpensteel in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord pijpensteel is hier. De definitie van het woord pijpensteel zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanpijpensteel, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
het lange deel van een tabakspijp
  • pij·pen·steel
enkelvoud meervoud
naamwoord pijpensteel pijpenstelen
verkleinwoord

de pijpensteelm

  1. het lange deel van een (stenen Goudse) tabakspijp waardoor de rook van de pijpenkop naar het mondstuk gaat
    • Het archief bevat bijvoorbeeld brieven van vrienden als Remco Campert, Hugo Claus, Lucebert en Simon Vinkenoog. Ook zit er een typoscript bij van een nooit uitgegeven dichtbundel en potscherven en stukken pijpensteel die Kousbroek vond aan het strand op het Indonesische Banda in 1987. [2] 
    • En ja, het regent pijpenstelen zegt iets over oud-Nederlandse rookgewoontes, want vanaf het begin van de 17de eeuw was het voor Nederlandse mannen heel gewoon om een pijp te roken. Het meest kenmerkende van zo’n pijp was de lange, dunne steel en dat leverde diverse uitdrukkingen op. Zo zei men onder meer: zo dun als een pijpsteel en van dunne benen zeggen wij nog altijd: het lijken wel pijpenstelen. [3] 
  • het regent pijpenstelen
het regent heel hard
 De dreigende lucht koos er precies dat moment voor uit om zijn vracht te lossen, en mijn zicht werd meteen belemmerd door dikke pijpenstelen die me geselden als kleine dikke vuistjes.[4]
  • Ik heb hoe langer hoe minder medelijden met kampeerders, zelfs al regent het pijpenstelen. Vroeger wilde ik dan iedereen een kopje koffie aanbieden, maar dat is voorbij. Intussen weet ik dat ze het leuk vinden om de regen te horen tikken op hun tent. Alleen de tent inpakken in de regen, dat haten ze allemaal.[5]
  • Nu kan het, omdat er hulp is van de visclub, de pedicures, wat personeelsleden van de wooncentra en familieleden van bewoners. Ook al regende het zaterdagochtend pijpenstelen, Olbertz stond vanaf de eerste minuur langs het water. “ja ik ben goed nat geworden. Maar dat droogt wel. Ik had er naar uitgekeken. Het is geweldig om weer eens te vissen.” [6]
91 % van de Nederlanders;
87 % van de Vlamingen.[7]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Volkskrant 12 december 2012
  3. NRC Ewoud Sanders 28 september 2015
  4. Danielle Teller (vert. Marja Borg)
    “Er was eens iets anders” (2018), Ambo/Anthos uitgevers op Wikipedia, ISBN 9789026346477
  5. de Standaard donderdag 24 augustus 2017
  6. Tubantia Lucien Baard 09-september-2017
  7. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be