Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
plaagziek. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
plaagziek, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
plaagziek in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
plaagziek is hier. De definitie van het woord
plaagziek zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
plaagziek, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
plaagziek [1]
- te graag iemand anders plagend
- In de hybride vorm van het danstheater, waarvan ze een van de pioniers werd, voelde Bausch zich thuis. In haar 'dansavonden' smokkelde ze realistische, frivole, zelfs ronduit banale elementen binnen. Het mocht tergend traag gaan, of brutaal en humoristisch. De plaagzieke spelletjes op het toneel dreven de zaal soms tot wanhoop. Op intieme scènes volgden vaak sublieme vergezichten: een breed uitwaaierende tableau de la troupe waarin de dansers over de scène defileerden. Met een appel op het hoofd, of verzonken in een spel van kleine, simpele gebaren. [2]
- Leopold liet zich als kind al opmerken als een bijzonder knaapje, als ‘a little odd’ zelfs – een beetje raar – aldus zijn vader Leopold I. Die noemde hem levendig, maar ook plaagziek, egoïstisch, tiranniek, opvliegend, gewelddadig, ijdel en gesteld op zijn titels. Dat laatste zou tot het eind zo blijven; ze mogen zoveel kritiek hebben als ze willen, zo liet Leopold II zich ontvallen, zolang ze er maar op letten dat ik de koning ben. [3]
92 % |
van de Nederlanders;
|
95 % |
van de Vlamingen.[4]
|