pratikeren

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord pratikeren. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord pratikeren, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je pratikeren in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord pratikeren is hier. De definitie van het woord pratikeren zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanpratikeren, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pra·ti·ke·ren
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

pratikeren

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
pratikeren
pratikeerde
gepratikeerd
zwak -d volledig
  1. in de praktijk brengen van een bepaalde manier van leven
     Net geen 9 procent wekelijks pratikerende katholieken in België
  2. in de praktijk beoefenen van een vak (zoals werken als arts of advocaat)
Synoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink Weblink bron
    bvb, bbd
    “Net geen 9 procent wekelijks pratikerende katholieken in België” (27/02/2012), De Standaard