ruitijd

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord ruitijd. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord ruitijd, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je ruitijd in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord ruitijd is hier. De definitie van het woord ruitijd zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanruitijd, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • rui·tijd
enkelvoud meervoud
naamwoord ruitijd ruitijden
verkleinwoord

de ruitijdm

  1. periode van het jaar dat dieren hun haren of veren verwisselen
    • „In tegenstelling tot andere vogels wisselen ganzen en eenden al hun veren tegelijk, dus in de ruitijd kunnen ze niet vliegen en blijven ze veel op het water”, vertelt Lameris. „De kuikens kunnen dan ook nog niet vliegen en tijdens het grazen vluchten ook die bij gevaar het water op. [2] 
81 % van de Nederlanders;
81 % van de Vlamingen.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Reformatorisch Dagblad Kees van Reenen 07-05-2018 [https://www.rd.nl/meer-rd/groen-duurzaamheid/klimaatverandering-zit-brandganzen-dwars-1.1485964 Klimaatverandering zit brandganzen dwars]
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be