telkens

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord telkens. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord telkens, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je telkens in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord telkens is hier. De definitie van het woord telkens zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vantelkens, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • tel·kens
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘bijwoord van tijd: iedere keer’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1613

Bijwoord

telkens

  1. elke keer
    • Telkens als je dit plein oversteekt, word je door al die verkopers aangesproken. 
     Het pad gaat zelden rechtstreeks de berghelling op, er zijn telkens van die eindeloze haarspelden die zigzaggend de berg op en af gaan.
  2. steeds
    • Hij moet telkens hoesten. 
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
  • telkens als
Anagrammen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.

Verwijzingen