toedoen

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord toedoen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord toedoen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je toedoen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord toedoen is hier. De definitie van het woord toedoen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vantoedoen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • toe·doen
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
toedoen
deed toe
toegedaan
onregelmatig volledig

toedoen

  1. overgankelijk dichtdoen, sluiten
    • Hij deed de deur toe. 
    • Ik heb geen oog toegedaan vannacht. 
enkelvoud meervoud
naamwoord toedoen -
verkleinwoord

het toedoeno

  1. handelingen, acties
    • Door zijn toedoen belandde iemand in het ziekenhuis. 
    • Hij is niet gestorven door menselijk toedoen. 
  2. door ~ van: door de schuld van, veroorzaakt door
    • Enkele demonstranten kwamen om door toedoen van het leger. 
97 % van de Nederlanders;
94 % van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be