uitloop

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord uitloop. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord uitloop, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je uitloop in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord uitloop is hier. De definitie van het woord uitloop zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanuitloop, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • uit·loop
enkelvoud meervoud
naamwoord uitloop uitlopen
verkleinwoord uitloopje uitloopjes

de uitloopm

  1. het uitlopen
  2. het geleidelijk aan vaart verliezen en tot stilstand komen
  3. gelegenheid of mogelijkheid tot uitlopen
  4. plaats om uit te lopen
  5. monding
  6. afvoerbuis
vervoeging van
uitlopen

uitloop

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitlopen
    • ... dat ik uitloop. 
100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]