uitzoomen

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord uitzoomen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord uitzoomen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je uitzoomen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord uitzoomen is hier. De definitie van het woord uitzoomen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanuitzoomen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • uit·zoo·men
  • Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘met een zoomlens het beeld verder weg brengen’ voor het eerst aangetroffen in 1973 [1]
  • samenstelling van  uit bw  en  zoomen ww  [2][3]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
uitzoomen
zoomde uit
uitgezoomd
zwak -d volledig

uitzoomen

  1. onovergankelijk wat je eerst zag kleiner maken, zodat er meer in beeld komt (met een camera of beeldscherm)
  2. onovergankelijk (figuurlijk) aandacht geven aan het grote geheel
97 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[4]