voorzomers

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord voorzomers. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord voorzomers, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je voorzomers in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord voorzomers is hier. De definitie van het woord voorzomers zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanvoorzomers, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • voor·zo·mers

de voorzomersmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord voorzomer
stellend
onverbogen voorzomers
verbogen voorzomerse

voorzomers

  1. betrekking hebbend op de tijd vlak voor de zomer
     Als we met drieduizend of meer waren, zoals op deze voorzomerse dag, deelde de politie de burgerlijke pers mee dat we met tweeduizend waren, wat de journalisten naar beneden toe afrondden zodat drieduizend mensen op straat er een paar honderd in de kolommen werden.[1]


  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “1968, De grote eeuw deel 7” (2017), Uitgeverij Prometheus op Wikipedia, ISBN 9789044633535