weeklagen

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord weeklagen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord weeklagen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je weeklagen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord weeklagen is hier. De definitie van het woord weeklagen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanweeklagen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • wee·kla·gen

weeklagen

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
weeklagen
weeklaagde
geweeklaagd
zwak -d volledig
  1. een jammerklacht aanheffen
    • Steeds maar horen we mensen weeklagen dat er niet voldoende voedsel geproduceerd kan worden voor het voeden van een bevolking van negen miljard in 2050.[1] 
    • Was het zwaar, je kind uitzwaaien? Hoe stoer dat ie marinier wordt. En hoe beangstigend. Ben je aan zijn benen gaan hangen, heb je hem huilend gesmeekt niet te gaan? Heb je jezelf weeklagend aan zijn voeten geworpen? Nee zeker, daar ben je te verstandig voor.[2] 
82 % van de Nederlanders;
78 % van de Vlamingen.[3]
  1. de Telegraaf 13 jun. 2013
  2. de Telegraaf 23 apr. 2013
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be