Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
wielergek. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
wielergek, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
wielergek in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
wielergek is hier. De definitie van het woord
wielergek zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
wielergek, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
de wielergek m
- iemand die veel houdt van het wielrennen (als sporter maar ook als volger)
- Van Oostrum is een echte volger van het wielrennen. “Ik stel me wel eens voor als burgemeester en wielergek.” [1]
wielergek
- heel erg veel houden van wielrennen
- „De Noren zijn steeds meer wielergek geraakt. Het is een grote sport nu. Mijn volgende doel is om in de regenboogtrui Parijs-Roubaix te winnen.” [2]
- Drie dagen staarden honderden Baskische ogen hem na, bedelden kleine ventjes in koerstenue massaal om zijn krabbel en maakten de camera’s van de smartphones overuren. Ja, Lars Boom weer in de gedaante van een gedreven crosser, was hot in het meest wielergekke deel van Spanje. Zijn uitslagen? Die deden er niet eens toe. [3]
92 % |
van de Nederlanders;
|
93 % |
van de Vlamingen.[4]
|