Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
wo. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
wo, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
wo in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
wo is hier. De definitie van het woord
wo zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
wo, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
de wo m
- (afkorting), (tijdrekening), (dag) woensdag, de derde dag van de werkweek, na dinsdag en vóór donderdag
- «Open: di, wo, do, vr; dicht: za, zo, ma.»
- Geopend op dinsdag, woensdag, donderdag en vrijdag; gesloten op zaterdag, zondag en maandag.
- Echte afkortingen worden als regel met een punt geschreven: wo., maar in opsommingen waar uit de context al duidelijk is dat het om de naam van een weekdag gaat is het gebruikelijk om de punt weg te laten[1].
het wo o
- (onderwijs) verzamelterm voor het onderricht dat wordt gegeven aan universiteiten en dat geacht wordt een verbinding te leggen met onderzoek waarin de kennis op een vakgebied verder ontwikkeld wordt
wo
- waar
- «Wo kann ich das finden?»
- Waar kan ik dat vinden?
- ↑ Weblink bron wo in:
Wolfgang Pfeifer et al.
Etymologisches Wörterbuch des Deutschen (1993), digitalisierte und von Wolfgang Pfeifer überarbeitete Version im Digitalen Wörterbuch der deutschen Sprache op dwds.de
- IPA:
- (Etsbergs): /ʍoː/
- (Maastrichts): /βuˑ/
- (Montforts): /ʍoː/
- (Roermonds): /woː/
- (Rothenbachs): /ʍoː/
wo
- waar