zelfgebouwd

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord zelfgebouwd. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord zelfgebouwd, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je zelfgebouwd in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord zelfgebouwd is hier. De definitie van het woord zelfgebouwd zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanzelfgebouwd, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.


zelfgebouwd vlot
  • zelf·ge·bouwd
stellend
onverbogen zelfgebouwd
verbogen zelfgebouwde
partitief zelfgebouwds

zelfgebouwd [1]

  1. door iemand zelf in elkaar gezet uit losse onderdelen
     Het Russische persbureau Tass meldde dat het ging het om een klein, zelfgebouwd explosief.[2]
     Een reddingsteam ontdekte ook een klein zelfgebouwd altaar waar de Brit klaarblijkelijk 'een soort religieuze ceremonies' verrichtte. De politie raakte overtuigd dat McAfee niet verdwaalde, maar doelbewust zonder spullen de woestijn in was gelopen. Hij zou lijden aan het 'Jeruzalem-syndroom'.[3]
     Savin begon zijn dobbertocht op 26 december bij de Canarische Eilanden. Hij ging te water in een zelfgebouwd vat van 3 meter lang en 2,1 meter in doorsnee, gemaakt van multiplex met een coating van kusthars. Het vaartuig is zwaar versterkt om de golven te doorstaan en aanvallen van orka’s.[4]



  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink Weblink bron
    Ruben Koenes
    “Bom ontploft in supermarkt Sint-Petersburg: 10 gewonden” (27-12-2017), Tubantia
  3. Bronlink Weblink bron
    Jan Franke
    “Israël in de ban van mysterieuze 'Bijbelse' vermissing” (22-01-2018), Tubantia
  4. Bronlink Weblink bron “Oceaanoversteek in vat na ruim 4700 kilometer bijna voltooid” (26-04-2019), Tubantia