zesvoud

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord zesvoud. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord zesvoud, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je zesvoud in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord zesvoud is hier. De definitie van het woord zesvoud zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanzesvoud, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • zes·voud
enkelvoud meervoud
naamwoord zesvoud zesvouden
verkleinwoord - -

het zesvoudo

  1. zesmaal zo grote hoeveelheid
  2. (wiskunde) natuurlijk getal dat deelbaar is door zes
  • in zesvoud
in de vorm van zes identieke exemplaren, dat wil zeggen: met vijf kopieën erbij

Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als bijwoord

zesvoud

  1. zesmaal, op zes manieren, in zes opzichten, in zes onderdelen
    • Gitaar, zedig en bezeten.
      Gitaans en kerkplechtig. Spelers
      Kwamen en gingen; vergeten
      Rustte ze in stof, dagen, weken:
      Een voorwerp van welgesneden
      Hout, zesvoud besnaard, gebleven.
       [2]
97 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[3]