aanbiddelijk

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord aanbiddelijk. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord aanbiddelijk, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je aanbiddelijk in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord aanbiddelijk is hier. De definitie van het woord aanbiddelijk zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanaanbiddelijk, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • aan·bid·de·lijk
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen aanbiddelijk aanbiddelijker aanbiddelijkst
verbogen aanbiddelijke aanbiddelijkere aanbiddelijkste
partitief aanbiddelijks aanbiddelijkers -

aanbiddelijk

  1. waard om aanbeden te worden
     Ze had een uitweg voor me gevonden en nu ik het aanbiddelijkste kind ter wereld had kon ik mijn verdriet van me afzetten en gelukkig zijn.[1]
     Hij streelde mijn haar en vertelde me dat ik mooi was, aanbiddelijk, en dat hij me altijd zou blijven liefhebben.[2]
96 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[3]
  1. Victoria Holt
    “Minnares van de duivel” (1982), Saga, ISBN 9788726484731
  2. Victoria Holt
    “De Engelse gouvernante” (1981), Saga, ISBN 9788726484823
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be