Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
aanplant. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
aanplant, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
aanplant in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
aanplant is hier. De definitie van het woord
aanplant zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
aanplant, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- afgeleid van het ww aanplanten[1]
de aanplant m
- het aanplanten
- het aangeplante
aanplant
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanplanten
- (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanplanten
- (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanplanten
92 % |
van de Nederlanders;
|
74 % |
van de Vlamingen.[2]
|