aanplanten

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord aanplanten. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord aanplanten, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je aanplanten in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord aanplanten is hier. De definitie van het woord aanplanten zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanaanplanten, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • aan·plan·ten
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
aanplanten
plantte aan
aangeplant
zwak -t volledig

Werkwoord

aanplanten

  1. overgankelijk (jonge gewassen) door beplanting aanbrengen
    • Napoleon III liet veel bossen aanplanten. 
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Zelfstandig naamwoord

de aanplantenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord aanplant

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be