aanpraten

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord aanpraten. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord aanpraten, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je aanpraten in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord aanpraten is hier. De definitie van het woord aanpraten zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanaanpraten, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • aan·pra·ten
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
aanpraten
praatte aan
aangepraat
zwak -t volledig

Werkwoord

aanpraten

  1. inergatief doorpraten
    • Er werd enige tijd nog wat aangepraat, maar veel zinnigs werd er niet meer gezegd 
  2. overgankelijk overhalen tot een bepaalde zienswijze
    • Hij had dat van jongs af aan aangepraat gekregen. 
     De nieuwe Chantal van der Schaaf liet zich geen schuldgevoel meer aanpraten.
  3. overgankelijk iemand (iets) op de mouw spelden
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

97 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.

Verwijzingen