Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
baisse. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
baisse, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
baisse in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
baisse is hier. De definitie van het woord
baisse zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
baisse, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘het dalen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1847
de baisse v
- (economie) een periode waarin de prijzen uitzonderlijk laag zijn
- ▸ Het gaat razendsnel: in iets meer dan een jaar tijd doen de beurzen het nu al even slecht als tijdens de baisse van 2000-2002.
61 % |
van de Nederlanders;
|
53 % |
van de Vlamingen.
|
baisse v
- afname, daling, vermindering
- (economie) baisse
baisse
- eerste en derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van baisser
- eerste en derde persoon enkelvoud tegenwoordige aanvoegende wijs (subjonctif présent) van baisser
- tweede persoon enkelvoud gebiedende wijs (impératif présent) van baisser