belt

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord belt. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord belt, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je belt in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord belt is hier. De definitie van het woord belt zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanbelt, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • belt
enkelvoud meervoud
naamwoord belt belten
verkleinwoord beltje beltjes

de beltv / m

  1. stortplaats voor afval
    • In arme landen leven sommige mensen op de belt. 
vervoeging van
bellen

belt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bellen
    • Jij belt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bellen
    • Hij belt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van bellen
    • Belt! 
     Ik heb met haar afgesproken dat ze morgen belt. .[3]
93 % van de Nederlanders;
87 % van de Vlamingen.[4]


enkelvoud meervoud
belt belts

belt

  1. riem, gordel


  • belt
  • Herkomst onduidelijk
Naar frequentie 98623
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   belt     beltet     belter     belta
beltene  
genitief   belt     beltets     belters     beltas
beltenes  

belt, o (met name van Deense zee-engten)

  1. (aardrijkskunde) Belt (bijv. de Grote Belt)


  • belt

belt

  1. voltooid deelwoord van belle