Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord bouwploeg. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord bouwploeg, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je bouwploeg in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord bouwploeg is hier. De definitie van het woord bouwploeg zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanbouwploeg, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
▸In '97 had ik alles laten doorbreken tot een grote, l-vormige ruimte. Nadat de bouwploeg vertrokken was, stond ik sprakeloos op het spiegelende parket, terwijl Tonio met tot vliegtuigvleugels gespreide armen om me heen draafde, vrolijke lachkreten slakend.[1]
▸Een vijftig man sterke bouwploeg had maanden gewerkt aan het verzamelen van de takken voor het grote paasvuur van 2000 kuub in Espelo, vertelt verslaggever Pauline Broekema. Maar twee dagen voor Pasen keurde de brandweer deze bult af; zo'n groot vuur was te gevaarlijk gezien de droogte, de wind en de nabije bosrand.[2]