Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
ploeg. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
ploeg, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
ploeg in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
ploeg is hier. De definitie van het woord
ploeg zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
ploeg, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- In de betekenis van ‘landbouwgereedschap om de grond om te woelen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1240.[1]
- In de betekenis van ‘groep mensen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1436.[1]
- erfwoord: Middelnederlands ploech, plouch, ontwikkeld uit Oergermaans *plōga- ‘verbeterd type van radploeg’.[2][3] Evenals Nederduits Ploog, Duits Pflug en Fries ploech.
de ploeg v / m
- (landbouw) landbouwwerktuig om de aardoppervlakte, waarin het gewas wordt gezaaid of geplant, te keren, te verkruimelen en te leggen [4]
- (bij uitbreiding) groep personen (bijv. arbeiders, sporters) met een gemeenschappelijk doel [5]
- de hand aan de ploeg slaan
flink aan het werk gaan
1. landbouwgereedschap om de grond om te woelen
ploeg
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ploegen
- gebiedende wijs van ploegen
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ploegen
99 % |
van de Nederlanders;
|
99 % |
van de Vlamingen.[6]
|
- ↑ 1,0 1,1 "ploeg" in:
Sijs, Nicoline van der
, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ ploeg op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Kroonen
, Guus, Etymological Dictionary of Proto-Germanic, Leiden: Brill, 2013; blz. 398
- ↑ ploeg op website: Etymologiebank.nl
- ↑ ploeg op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be