buitentalig

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord buitentalig. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord buitentalig, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je buitentalig in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord buitentalig is hier. De definitie van het woord buitentalig zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanbuitentalig, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • bui·ten·ta·lig
stellend
onverbogen buitentalig
verbogen buitentalige
partitief buitentaligs

buitentalig

  1. (taalkunde) geen onderdeel van de taal uitmakend, betrekking hebbend op datgene wat de taal beschrijft
     Altijd was gedacht dat taalverwerking veel te snel ging om er ook nog eens buitentalige kennis bij te betrekken.[1]
     Tegen dergelijke gelijkschakeling van de betekenis met een buitentalig iets zijn heel wat bezwaren gerezen, waarbij de observaties van Frege (1952) een belangrijke plaats innemen. Hij wees erop dat, als de uitdrukkingen de Avondster en de Morgenster dezelfde betekenis hebben omdat ze dezelfde referent hebben (nl. de planeet Venus), ook de zinnen Jan weet dat de Avondster de Morgenster is en Jan weet dat de Avondster de Avondster is in semantisch opzicht gelijkwaardig zouden zijn, wat duidelijk niet het geval is.[2]
  1. Bronlink geraadpleegd op 10 februari 2020 Weblink bron
    Hendrik Spiering
    “De Nederlandse treinen zijn wit” (11 juni 2005) op nrc.nl op Wikipedia
  2. Bronlink geraadpleegd op 10 februari 2020 Weblink bron
    D. Geeraerts
    Een semiotische klassifikatie van semantische theorieën in: Forum der Letteren., jrg. 1980 nr. 1 (maart 1980), Dick Coutinho, Muiderberg, p. 34