celibatair

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord celibatair. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord celibatair, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je celibatair in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord celibatair is hier. De definitie van het woord celibatair zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vancelibatair, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • ce·li·ba·tair
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘vrijgezel’ voor het eerst aangetroffen in 1824 [1]
  • afgeleid van het Franse célibataire of van celibaat met het achtervoegsel -air [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord celibatair celibatairen
celibatairs
verkleinwoord - -

de celibatairm [3]

  1. vrijgezel
stellend
onverbogen celibatair
verbogen celibataire

Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als bijvoeglijk naamwoord

celibatair [4]

  1. betrekking hebbend op het celibaat
  2. ongehuwd
93 % van de Nederlanders;
94 % van de Vlamingen.[5]