deeltijdboeren

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord deeltijdboeren. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord deeltijdboeren, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je deeltijdboeren in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord deeltijdboeren is hier. De definitie van het woord deeltijdboeren zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vandeeltijdboeren, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • deel·tijd·boe·ren
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
deeltijdboeren
-
-
onvolledig

deeltijdboeren

  1. inergatief naast andere inkomstenbronnen ook een landbouwbedrijf hebben
     Zelfs deeltijdboeren lijkt weer in.[1]

de deeltijdboerenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord deeltijdboer
     Op de studiedag waren boeren aanwezig die de afgelopen vijftien jaar hun traditionele bedrijfsvoering zachtjesaan op ecologische leest hebben geschoeid. Opvallend veel deeltijdboeren geven acte de présence.[2]
  1. Bronlink geraadpleegd op 17 februari 2024 Weblink bron
    Jan Sloothaak
    Boer zoekt nieuwe bestaansbron : Wetenschap ontwikkelt visie op heroriëntatie, de streek vult zelf in in: Trouw op Wikipedia, jrg. 53 nr. 15472 (28 maart 1995), Organisatie Trouw, Meppel, p. 9 kol. 3
  2. Bronlink geraadpleegd op 17 februari 2024 Weblink bron
    René Didde
    Jaloers op de ecologische boer in: De Volkskrant op Wikipedia, jrg. 72 nr. 21143 (5 februari 1994), NV De Volkskrant, 's-Hertogenbosch, p. 73 (Vervolg 21) kol. 2