Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
duren. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
duren, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
duren in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
duren is hier. De definitie van het woord
duren zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
duren, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘tijd in beslag nemen, voortduren’ voor het eerst aangetroffen in 1220 [1]
- afgeleid van het Franse durer [2] [3]
duren
- absoluut een bepaalde tijd in beslag nemen
- De kerkdienst duurde vrij lang deze zondag.
- ▸ In Nederland duurde die oorlog van het jaar 1940 tot 1945.[4]
- ▸ Die tochten waren altijd een heel avontuur doordat je nooit wist waar je precies heen ging en hoe lang de dag ging duren.[5]
1. een bepaalde tijd in beslag nemen
99 % |
van de Nederlanders;
|
99 % |
van de Vlamingen.[6]
|
- ↑ "duren" in:
Sijs, Nicoline van der
, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Wiktionnaire
- ↑ duren op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Weblink bron
nieuwsbegrip.nl
“75 jaar vrijheid in Nederland” (2-9-2019), CED-groep
- ↑
Tim Voors
“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
duren
- duren; een bepaalde tijd in beslag nemen
duren
- aanvoegende wijs derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van durar
- gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van durar
duren
- duren; een bepaalde tijd in beslag nemen