eennervig

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord eennervig. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord eennervig, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je eennervig in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord eennervig is hier. De definitie van het woord eennervig zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vaneennervig, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.


  • een·ner·vig
stellend
onverbogen eennervig
verbogen eennervige
partitief eennervigs

eennervig [1]

  1. (plantkunde) van een blad dat het maar één middel- of hoofdnerf bevat
    • Mannetjesorchis, O. mascula: b. Als de vorige, maar de bovenste schutbladeren niet éénnervig. doch 3- tot 8-nervig; de spoor korter dan 't vruchtbeginsel en de bladeren lang en smal en met duidelijke nerven, bijna ongevlekt. Bloeitijd iets later: tot Juli. Op moerassig weiland, misschien nog bij Maastricht. ? [2] 
    • De rijpe vrucht is vrij, ongegroefd. Bladscheede en bladeren aan de bovenzijde ruw behaard, bloempakje driebloemig, goudgeel met violet, glanzend. Onderst kelkkafje éénnervig, 't bovenste met drie nerven, [3] 
68 % van de Nederlanders;
84 % van de Vlamingen.[4]


  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. (1909)–Eli Heimans, Hein Willems Heinsius, Jac. P. Thijsse Geïllustreerde flora van Nederland
  3. (1909)–Eli Heimans, Hein Willems Heinsius, Jac. P. Thijsse Geïllustreerde flora van Nederland
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be