glicklich

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord glicklich. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord glicklich, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je glicklich in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord glicklich is hier. De definitie van het woord glicklich zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanglicklich, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • glick·lich
  • Ontleend aan het Duitse woord  glücklich bn , dat van het Duitse woord  Glück zn  is afgeleid, zie ook het Pennsylvania-Duitse woord  Glick zn  met het achtervoegsel -lich
stellend vergrotend overtreffend
glicklich glicklicher glicklichscht
mannelijk
enkelvoud
vrouwelijk
enkelvoud
onzijdig
enkelvoud
meervoud
nominatief glicklicher glicklichi glicklich glickliche
datief glicklichem glicklicher glicklichem glickliche
accusatief glicklicher glicklichi glicklich glickliche

glicklich

  1. gelukkig
  • Ich winsch dir en hallich, frehlich, glicklich Nei Yaahr!
Ik wens jullie een prachtig, vrolijk, gelukkig Nieuwjaar!
«Ich winsch dir en hallich, frehlich, glicklich Nei Yaahr!»
Ich wünsche dir ein herrliches, fröhliches, glückliches Neujahr!
«Ich winsch dir en hallich, frehlich, glicklich Nei Yaahr!»
I wish you a happy, joyful, prosperous New Year.

glicklich

  1. nominatief en accusatief onzijdig enkelvoud stellende trap van glicklich

glicklich

  1. gelukkig