haarbos

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord haarbos. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord haarbos, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je haarbos in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord haarbos is hier. De definitie van het woord haarbos zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanhaarbos, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
vrouw met weelderige haarbos
Haarbos (Ochropleura plecta)
  • haar·bos
enkelvoud meervoud
naamwoord haarbos haarbossen
verkleinwoord haarbosje haarbosjes

de haarbosm

  1. veelheid van alle haren op het hoofd van één persoon
    • Daar zit je dan op een klapstoeltje met pootjes. De douchekop staat zo laag mogelijk. Lager gaat niet, want dan zit ik met mijn kop tegen de wandtegels om water te kunnen vangen. Ik ben niet breed. Zou ik dat wel zijn, dan was de kans groter dat ik nat zou worden. Een hogere stand maakt dat het water niet meer te richten is vanaf de stoel. Iets lager maakt dat je het risico loopt met een natte haarbos vol resterend schuim de gang op te gaan.[2] 
    • Maak een strakke vlecht als je een fietstocht gaat maken. Hierdoor kan je haar geen kant op en blijft het in model. Je kunt er ook voor kiezen om een strakke knot te maken bovenop je hoofd zonder elastiekje. Zet hier vervolgens je helm overheen. Aangekomen op je bestemming zet je jouw helm af, schud je jouw haar flink los en viola: hallo wilde haarbos.[3] 
  2. (vlinders) Ochropleura plecta op Wikispecies een nachtvlinder uit de familie Noctuidae, de uilen
98 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[4]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. de Telegraaf 25 september 2015
  3. de Telegraaf 11 november 2013
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be