hallen

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord hallen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord hallen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je hallen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord hallen is hier. De definitie van het woord hallen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanhallen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • hal·len

de hallenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord hal
95 % van de Nederlanders;
86 % van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be


  • hal·len
Naar frequentie 11851

hallen

  1. nominatief bepaald gemeenschappelijk geslacht enkelvoud van hall


  • hal·len
Naar frequentie 8647

hallen

  1. nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van hall


  • hal·len
Naar frequentie 4432

hallen

  1. nominatief bepaald gemeenschappelijk geslacht enkelvoud van hall


vervoeging van
hallar

hallen

  1. aanvoegende wijs derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van hallar
  2. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van hallar