heugelijk

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord heugelijk. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord heugelijk, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je heugelijk in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord heugelijk is hier. De definitie van het woord heugelijk zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanheugelijk, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • heu·ge·lijk
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen heugelijk heugelijker heugelijkst
verbogen heugelijke heugelijkere heugelijkste
partitief heugelijks heugelijkers -

Bijvoeglijk naamwoord

heugelijk

  1. blij of reden tot vreugde gevend
    • ‘Waarom wij hier zo heugelijk bij elkaar zijn?’ zegt zij terwijl zij het glas heft, ‘nou, zo heugelijk is dat niet. Het is somber, triest en treurig.’ 
  2. om voor altijd te onthouden als positieve herinnering
    • 1989 belooft een heugelijk jaar te worden in de annalen van de studie van het verluchte handschrift. Dan zullen voor de eerste maal in de geschiedenis de belangrijkste vertegenwoordigers van de Noordnederlandse miniatuurkunst - boeken van een vaak adembenemende schoonheid - in één ruimte worden bijeengebracht, zodat men zich een overzicht van deze bloeiperiode kan verschaffen en de voornaamste meesters en hun werken kan vergelijken. 
Synoniemen
Antoniemen
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

Verwijzingen