hinken

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord hinken. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord hinken, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je hinken in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord hinken is hier. De definitie van het woord hinken zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanhinken, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • hin·ken
  • In de betekenis van ‘mank gaan’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1301 [1]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
hinken
hinkte
gehinkt
zwak -t volledig

hinken

  1. inergatief ongelijk lopen omdat men slechts op één been steunen kan
    • Hij verzwikte zijn voet en heeft daarna een beetje gehinkt, maar het bleek niet ernstig. 
  2. ergatief ergens slechts op één been heen gaan
    • De kinderen zijn van de ene kant van het pad naar het andere gehinkt. 
  • Hinken op twee gedachten
In tweestrijd zijn, twijfelen, niet kunnen kiezen tussen twee verschillende mogelijkheden
98 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[2]


stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
hinken
hinkte
hat gehinkt
zwak volledig

hinken

  1. onovergankelijk hinken
  2. onovergankelijk niet kloppen, onjuist/verkeerd zijn, rammelen