Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
kalender. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
kalender, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
kalender in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
kalender is hier. De definitie van het woord
kalender zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
kalender, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘tijdoverzicht’ voor het eerst aangetroffen in 1573
- Afkomstig van het Duitse Kalender, wat weer van het Latijnse calendarium afkomstig is.
de kalender m
- (tijdrekening) tabel die de verdeling van het jaar in dagen, weken of jaren aangeeft, evt. met feestdagen enz
- De christelijke kalender, een kalender die tevens de christelijke feestdagen aangeeft.
- lijst van de kerkelijke feesten en heiligendagen
- (tijdrekening) jaartelling volgens de
- Gregoriaanse kalender.
- Griekse kalender.
- Juliaanse kalender.
- gebeurtenissen en activiteiten die volgens een tijdschema gepland zijn
1. tabel die de verdeling van het jaar in dagen, weken of jaren aangeeft, evt. met feestdagen enz.
kalender
- onverbogen vorm van de vergrotende trap van kalend
99 % |
van de Nederlanders;
|
100 % |
van de Vlamingen.
|
kalender
- kalender