kapoen

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord kapoen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord kapoen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je kapoen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord kapoen is hier. De definitie van het woord kapoen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vankapoen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • ka·poen
  • Leenwoord uit het (Noordfranse) Picardisch capon (mod. Frans chapon) [1], in de betekenis van ‘gecastreerde haan’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1240 [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord kapoen kapoenen
verkleinwoord kapoentje kapoentjes

de kapoenm

  1. gesneden haan
      Hy stierf verwinnaer in alle kampen, en droeg over zig eenen steen, genoemd Alectorius, die in den buyk van eenen haen of kapoen gevonden word, ter grootte van eene kleyne boon.[3]
  2. iemand die ondeugend is
      De vriendschap van het lieve dier.
    Verschaft mij waarlijk veel plezier.
    Daarom bemin ik mijnen hond;
    Ik houd hem zuiver en gezond,
    Ik maak hem een fatsoenlijk nest.
    En zorg voor eten in zijn' test.
    Soms krijgt hij een stuk boterham
    Dan zegt dit lief kapoentje.... ham!
    [4]
82 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[5]