krijt

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord krijt. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord krijt, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je krijt in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord krijt is hier. De definitie van het woord krijt zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vankrijt, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
kliffen bij Dover
krijt

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • krijt
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord krijt
verkleinwoord krijtje krijtjes

Zelfstandig naamwoord

krijt o

  1. wit mineraal dat uit calciumcarbonaat bestaat
    • De kliffen van Dover bestaan uit krijt. 
  2. schrijfmateriaal uit dat materiaal vervaardigd
    • Hij schreef met krijt op het schoolbord. 
  3. (geologie) geologisch tijdperk, derde en laatste periode van het era mesozoïcum, van 145 tot 66 miljoen jaar geleden
    • Uit het vroegste krijt stammen de fossielen uit het wealden met als fraaiste de boomvaren Tempskia. 
  4. voorwerp dat wordt gebruikt in de biljartsport om de top van de keu minder glad te maken
    • De biljarter krijt zijn keu alvorens de biljartbal te stoten. 
Schrijfwijzen
  • 3. Vóór 2006 was de spelling voor het geologisch tijdperk Krijt. In specialistische publicaties blijft volgens de Taalunie spelling met een hoofdletter mogelijk, zie hier.
Uitdrukkingen en gezegden
  • Bij iemand in het krijt staan
Bij iemand schulden hebben
  • Dat mag met een krijtje aan de balk.
Dat is iets bijzonders.
  • Met dubbel krijt schrijven
Te veel berekenen
Hyperoniemen
Hyponiemen

geologisch tijdperk

Verwante begrippen

geologisch tijdperk

Afgeleide begrippen

geologisch tijdperk

Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
krijten

krijt

  1. enkelvoud tegenwoordige tijd van krijten
  2. gebiedende wijs van krijten
enkelvoud meervoud
naamwoord krijt krijten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

krijt o

  1. strijdperk
Uitdrukkingen en gezegden
  • voor iemand in het krijt treden
voor iemand opkomen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen