marva

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord marva. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord marva, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je marva in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord marva is hier. De definitie van het woord marva zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanmarva, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: Marva


Een marva aan het werk in Den Helder.
  • mar·va
enkelvoud meervoud
naamwoord marva marva's
verkleinwoord - -

de marvav

  1. (persoon) (militair) (historisch) lid van de Marine Vrouwenafdeling, de vrouwenafdeling van de Nederlandse Koninklijke Marine van 1944 tot 1982
     Uit mijn Rijams Schoolagenda herinnerde ik me een advertentie waarin de meisjes uit mijn klas werden opgeroepen om milva of marva te worden.[2]
  • Tot het eind van de 20e eeuw bestond er minder duidelijkheid over de schrijfwijze van afkortingen. De naam van de organisatie werd vaak geschreven als "MARVA" en de leden ervan aangeduid als "Marva".
  1. Boon, Ton den & Rudi Hendrickx
    (red.), Van Dale: Groot woordenboek van de Nederlandse taal, 15e druk, 3 delen, Utrecht/Antwerpen: Van Dale Uitgevers, 2015; ISBN 9789460772221; p. 2337 kol. 1
  2. Bronlink geraadpleegd op 26 juni 2023 Weblink bron “Oude ambachten” (1 juli 2013) op nrc.nl op Wikipedia