Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord
persoon. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord
persoon, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je
persoon in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord
persoon is hier. De definitie van het woord
persoon zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie van
persoon, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
- via Middelnederlands persone van Latijn persona
- in de betekenis van ‘individu’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1265 [1]
- in de betekenis van ‘klasse van de persoonlijke voornaamwoorden, als grammaticale term’ aangetroffen vanaf 1576 [1]
de persoon m
- menselijk individu
- ▸ Het creëren van een slaapplek voor zeven personen viel nog niet mee.[2]
- (grammatica) een van de drie klassen van de persoonlijke voornaamwoorden, wordt ook gebruikt in relatie tot de vervoeging van een werkwoord die hierop gebaseerd is, namelijk de eerste, tweede en derde personen
- (juridisch) menselijk wezen, onderneming of instelling met rechten en plichten die door de wet erkend worden, namelijk de natuurlijke persoon en de rechtspersoon
- personage, figuur
de persoon in kwestie
- Duits: die bewusste Person
|
100 % |
van de Nederlanders;
|
100 % |
van de Vlamingen.[3]
|
- ↑ 1,0 1,1 "persoon" in:
Sijs, Nicoline van der
, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑
Tim Voors
“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
persoon
- persoon
persoon
- persoon