natta

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord natta. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord natta, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je natta in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord natta is hier. De definitie van het woord natta zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vannatta, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • nat·ta
  • Afleiding van het Noorse werkwoord  natte ww 
Naar frequentie 1321
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
m/v enkelvoud natta
o enkelvoud natta
meervoud natta
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
natta

natta

  1. slapen gegaan

natta

  1. verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van natte

har natta

  1. voltooide tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van natte

natta

  1. voltooid (verleden) deelwoord bedrijvende vorm van natte

natta

  1. nominatief bepaald vrouwelijk meervoud van natt
  • om natta
bij nacht, in de nacht, 's nachts


  • nat·ta
  • Afleiding van het Nynorske werkwoord  natte ww 
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
m/v enkelvoud natta
o enkelvoud natta
meervoud natta
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
natta

natta

  1. slapen gegaan

natta

  1. onbepaalde wijs, tweede vorm naast natte, zie aldaar

natta

  1. verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van natta

har natta

  1. voltooide tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van natta

natta

  1. voltooid (verleden) deelwoord bedrijvende vorm van natta

natta

  1. gebiedende wijs van natta

natta

  1. onbepaalde wijs, tweede vorm naast natte, zie aldaar

natta

  1. verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van natte

har natta

  1. voltooide tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van natte

natta

  1. voltooid (verleden) deelwoord bedrijvende vorm van natte

natta

  1. gebiedende wijs van natte

natta

  1. nominatief bepaald vrouwelijk meervoud van natt
  • om natta
bij nacht, in de nacht, 's nachts

natta

  1. verouderde spelling of vorm van natte tot 2012 [1]
(verouderd) onbepaalde vorm nominatief enkelvoud van  natte zn , v
  1. Taalhervorming vanaf 1 augustus 2012:
    Ny rettskriving for 2000-talet, punt 3.1.4 (in het Nynorsk)