nipper

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord nipper. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord nipper, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je nipper in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord nipper is hier. De definitie van het woord nipper zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vannipper, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • nip·per
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van nippen met het achtervoegsel -er
    • 'nippen' in de betekenis 'met heel kleine teugjes drinken'
    • 'nippen' in de betekenis 'erop aankomen'
enkelvoud meervoud
naamwoord nipper nippers
verkleinwoord nippertje nippertjes

Zelfstandig naamwoord

de nipper m

  1. iemand met heel kleine teugjes drinkt
    • Henk is een 'tijdelijk op liet strand geworpen zeegast. (…) Een nipper aan glaasjes rode grenadine met sodawater als geen ander in de goede stad Rotterdam. 
  2. laatste mogelijkheid (tegenwoordig gangbaar als verkleinwoord in de hieronder genoemde uitdrukking)
    • Heerlen heeft elf fracties in de raad. CDA en PvdA kunnen met 20 zetels in de raad van 39 op de nipper een meerderheidscollege vormen. 
Uitdrukkingen en gezegden
  • op het nippertje
op het laatst mogelijke ogenblik

Gangbaarheid

41 % van de Nederlanders;
42 % van de Vlamingen.

Verwijzingen

  1. ↑ nipper op website: Etymologiebank.nl
  2. ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  3. ↑
    Zamora
    "Sportkiekjes. Henk" in: Het vrije volk jrg. 28 nr. 8353 (14 december 1972)    ; p. 9 kol. 8; geraadpleegd 2017-05-28
  4. ↑ "Plaatselijke groepen winnen in Z-Limburg" in: NRC Handelsblad jrg. 12 nr. 19 (22 oktober 1981); p. 2 kol. 6; geraadpleegd 2017-05-28
  5. ↑ Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be


Frans

Uitspraak

Werkwoord

se nipper

  1. wederkerend (spreektaal) zich mooi aankleden

Verwijzingen

  1. ↑
    Wouw, Berry van de
    , Woordenboek populair Frans - Nederlands. Woordenboek van het Frans dat u op school nooit leerde, 2e druk, Breda: Uitgeverij Arti-Choc, 2014; p. 139


Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • nip·per
Naar frequentie 53237

Werkwoord

nipper

  1. tegenwoordige tijd van nippe

Zelfstandig naamwoord

nipper, mv

  1. onbepaalde vorm nominatief meervoud van nipp
Schrijfwijzen
Enciclo
Wikious
Sapientia
Scientia
Boobota
Anandapedia
Sagapedia
Wikithot