nomen

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord nomen. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord nomen, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je nomen in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord nomen is hier. De definitie van het woord nomen zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vannomen, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • no·men
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘naamwoord’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1638
enkelvoud meervoud
naamwoord nomen nomina
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het nomeno

  1. zelfstandig naamwoord.

Gangbaarheid

49 % van de Nederlanders;
53 % van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen


Deens

Zelfstandig naamwoord

nomen o

  1. naamwoord

Verwijzingen


Latijn

Zelfstandig naamwoord

nōmen o

  1. naam, benaming.
    «Nōmen patris meī nesciō.»
    Ik weet de naam van mijn vader niet.
    «Nōmen est ōmen.»
    De naam is een voorteken.
  2. naamwoord
Verbuiging