omvang

Hallo, je bent hier gekomen op zoek naar de betekenis van het woord omvang. In DICTIOUS vind je niet alleen alle woordenboekbetekenissen van het woord omvang, maar kom je ook meer te weten over de etymologie, de kenmerken en hoe je omvang in enkelvoud en meervoud uitspreekt. Alles wat je moet weten over het woord omvang is hier. De definitie van het woord omvang zal u helpen preciezer en correcter te zijn bij het spreken of schrijven van uw teksten. Kennis van de definitie vanomvang, maar ook van die van andere woorden, verrijkt uw woordenschat en verschaft u meer en betere taalkundige bronnen.
  • om·vang
enkelvoud meervoud
naamwoord omvang omvangen
verkleinwoord - -

de omvangm

  1. omtrek, dikte
  2. grootte
  3. uitgestrektheid
  4. (muziek) de tonen die een stem of instrument kan voortbrengen, toonomvang
vervoeging van
omvangen

omvang

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omvangen
    • Ik omvang. 
  2. gebiedende wijs van omvangen
    • Omvang! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omvangen
    • Omvang je? 
100 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be